De omzet in de woonbranche is in de eerste helft van 2018 met gemiddeld 3,6% gestegen. Met een omzetplus van gemiddeld 11,1% deden keukenverkopers erg goede zaken. Hieraan dankt de branche de omzetgroei in de eerste helft van dit jaar. Andere segmenten noteerden minder prominente percentages; een omzetplus van 2,1% voor gemengde woonwinkel en minnen van 1,4% voor meubelzaken, 0,4% voor woningtextiel winkels en 3% voor slaapspeciaalzaken.
Vertraagde huizenverkoop
De non-food brancheorganisatie verwacht dat de hoge percentages waarmee de omzetten afgelopen seizoenen groeiden voorbij zijn. Haar marktonderzoekers constateren dat de woonbranche de ontwikkelingen van de huizenverkoop met een vertraging van ongeveer een half jaar volgt. CBS stelde eerder vast dat in het eerste kwartaal het aantal verhuizingen in Nederland met 5% is gedaald. Rabobank voorspelt dit jaar 3% minder verkochte koopwoningen. De effecten van de teruglopende woningmarkt zullen in de tweede helft van dit jaar merkbaar zijn in de investeringen in woonproducten. Van de consumentenbestedingen aan grote woonartikelen is namelijk 38% te relateren aan verhuizingen. In 2013 was dit nog 29%. Dat blijkt uit onderzoek van INretail en Gfk. Vooral de omzet van woonwinkels die vloeren en keukens verkopen, wordt beïnvloed door het aantal verhuizingen.
Ontwikkeling tweede kwartaal
In het tweede kwartaal groeide de omzet in de woonbranche met gemiddeld 1,4%. In die periode noteerden keukenverkopers 4,9% meer omzet. Gemengde woonzaken zagen hun omzet 1,3% stijgen. Verkopers van meubelen en woningtextiel constateren 4,4% en 3% minder omzet dan dezelfde periode vorig jaar. Het segment slapen bleef 4,1% achter.
Gematigd
Aangezien de branche in het derde kwartaal van 2017 een grote omzetstijging van bijna 13% noteerde, zijn de verwachtingen nu gematigder; 15% denkt de gerealiseerde omzet van vorig jaar te overtreffen. Over heel 2018 verwacht INretail voor de woonbranche gemiddeld 4% omzetgroei, met per woonsegment verschillende eindstanden.
(foto: archief)